1

De wetenschapper in mij wil bewijs zien. Ook bewijs dat dat soms onmogelijk is. Ik heb op mijn levenspad heel veel mensen ontmoet, gesproken en soms, door mijn vroegere rol als hulpverlener en dito taakopvatting, mensen proberen te helpen. Laat ik het wat breder trekken: door contact, verbinding, proberen te beïnvloeden. Zodat mensen die ik ontmoette hun ‘gedoe' wat lichter zouden kunnen ervaren. Bewijs voor effect bleef meestal achterwege..De opleiding in de haptonomie, ongeveer 20 jaar geleden, heeft me van het zogenaamde hulpverlenerssyndroom af proberen te helpen. Want mensen kunnen alléén zichzelf helpen. Niet medisch-technisch, maar menselijkerwijs. Op een gegeven moment wilde ik ‘bewijs' verzamelen voor de effectiviteit van een preventieve activiteit. Dat valt niet mee: bewijzen dat iets NIET optreedt en dat dat komt door geprogrammeerde acties van mij. Te complex.

Toen leek er een paradigmashift op til te zijn...het paradigma 'meten is weten' liep op zijn laatste benen. Van alle kanten werd duidelijk dat er zeker niet alléén een MEETbare realiteit is, maar ook een VOELbare. Dat gold zeker ook voor mij persoonlijk.
Ik ‘weet' inmiddels dat er zoiets is als een ziel. Toen iemand zei dat de ziel van mensen huist onder de voeten, vond ik dat fijn: lekker concreet. Maar eigenlijk, als ik eerlijk ben, wil ik méér bewijs. Er is wel een zielenknijper, nog geen zielenscanner. Jammer. Er zijn wel mensen die iets kunnen zeggen over de weg van de ziel. Een waterbouwkundig ingenieur uit Amsterdam bijvoorbeeld. Daar komt de wetenschapper in mij weer, die blijkbaar van een ingenieur eerder deze niet-te-bewijzen zaken aanneemt dan van een zweefmolen.

Deze ingenieur, die zichzelf ‘cosmic warrior' of ‘veerman' noemt, verhaalt over de reis van de ziel. Die ziel is eeuwig, zonder de beperkingen van tijd en ruimte. En veel zielen (op dit moment een slordige zeven miljard) gaan op de planeet AARDE shoppen, ervaringen opdoen. En omdat deze aarde met name gekenmerkt wordt door dualiteit (zwart-wit) doe we veel dualiteit-ervaringen op. Dat is niet alléén maar leuk. Dat geeft ook spanning, gedoe, verscheurdheid. Nee, het is hier geen hemel op aarde. Moet ook niet, is de aanname, want de zielen komen juist die ervaringen opdoen. Waarom? Geen idee.

Maar de tekst uit het lied van Stef Bos ‘vlees en bloed' vind ik illustratief:

want beter een oorlog dan gewapende vrede
beter op zoek gaan dan altijd gewacht
beter gevallen dan nooit gesprongen
beter de liefde verloren dan nooit lief gehad
maar ik weet soms niet meer wat mijn woorden nog waard zijn
weet soms niet meer wat ik hier zoek
ik struikel, ik val, ik sta op en ga verder
ik ben een mens van vlees en bloed

Heb ik meer bewijs nodig? Nee, poëten leveren bewijs met hart en ziel. En dat is voor nu genoeg!

Er was iemand aan wie ik vertelde dat de eerste oester die ik at een heel goede oester was en dat ik daar blij om was,want stel je voor dat die eerste oester zo'n snotterige oester was geweest, dan had ik waarschijnlijk gedacht dat een oester zo smaakt. Nu wordt, vanwege de eerste goede oester, de ervaring van het eten van oesters voor de rest van mijn leven mede bepaald door die eerste. Als ik een minder goede oester eet is dat niet erg, die eerste laat door die niet zo lekkere oester heen weten hoe die oester eigenlijk bedoeld is. "That is a nice way of looking at it', zei degene aan wie ik dit vertelde. Hij zei dat veel mensen andersom redeneren, dat als de eerste oester excellent is, alle oesters die er op volgen alleen maar tegen kunnen vallen. Ik realiseerde me dat het inderdaad een nice way of looking at it was en dat ik geluk had gehad. En niet alleen wat betreft oesters.

uit: Tjitske Jansen , Koerikoeloem ; uitg. Podium 2007

En toen ik dit las en nog een keer las en nog een keer.....
Toen dacht ik:

Ik ben ook zo'n geluksvogel. Wat betreft onderwijzers, vrienden, kinderen, patiënten, collega's, huizen, leren, opdrachtgevers, enz.
Maar ik ben het ook niet. Wat betreft eigenheid, materie, geld, religie, kunst, afwijken.

En soms weet ik het niet. Heb ik nou geluk gehad met dat? Het is maar net welke bril ik op zet. Een roze?

Begin augustus was er hier in Zutphen het ‘Achterhoek Spektakel 2011'. Meestal maak ik bij een spektakel dat ik weg kom. Zeker hier in de Achterhoek. Het is toch vlak bij Duitsland...veel (te veel) bier en teveel worst en niet mijn muziek. De Nationale Bokbierdag is zo een jaarlijks spektakel. Het chocoladefestival begon charmant, maar wordt steeds massaler en voor mij dus onaardiger. Spectaculair. 

Maar dit theaterspektakel was aanlokkelijk. De publiciteit trok. Het deed me denken aan ‘de Parade' en aan ‘the boulevard of broken dreams' van een paar jaar terug.
Het Achterhoek spektakel was prachtig.
Wat een gezellige dag. De zomerse historische stad werkte volop mee....op elk mooi historisch plekje stond wel een optreden gepland. niet te druk. Gratis. Droog. Kwaliteit.
In een hoekje bij de Walburgkerk trad Fratelli Fiasco op, Jeanmarie Bevort. Geweldig. Tijdens het omkleden tot dwerg sprak hij zijn laatste verstaanbare klanken. Het hele verdere optreden was in ‘nonsens talk', klanken met veel non-verbale expressie, zodat wel heel duidelijk was, wat er allemaal aan de hand was op het sprookjesachtige podium.

Een dwerg veronachtzaamde zijn ziel, een gouden ei. Dat werd daardoor steeds kleiner. Op een gegeven moment at een draak het gouden ei op...onze persoonlijke ziel heeft te maken met vele draken. De grootste draak is ANGST, angst voor alléén zijn, voor tekort, voor lijden, voor zielenpijn....ga zo maar door...En op een gegeven moment is de kracht van onze ziel helemaal weg, verdraakt. Er is zo ontzaglijk veel zielloos om ons heen. Maar de dwerg zag kans om in de draak te wroeten en het ei, weliswaar gebroken, weer in handen te krijgen. Door het ei uit te broeden, kwam de potentie tot leven. Een kuikentje, nieuw leven....
Ik wens vele dwergen, die dit dankbare werk doen....Dat zou een zegen voor de mensheid en voor de menselijkheid zijn. Het uitbroeden van de mogelijkheden van onze ziel.

Mijn persoonlijke ervaring is dat ik veel vertraging, leegte, stilte nodig heb om de kracht van mijn ziel werkzaam te mogen laten zijn. Ik denk dat ik daar geen dwerg voor nodig heb, maar eerder stilte, overgave en de nadrukkelijke wens om met een wakkere, potente ziel te leven. Een gevaarlijke draak is voor mij drukte, hektiek, spektakel dus.

Een open geest, een open hart en een open wil, dat zijn voor mij anti-draak-krachten,

Adriaan 4 augustus 2011

Het is zo gemakkelijk om méér fooi te vangen. Het is wetenschappelijk onderzocht dat een oberin of ober de fooienpot makkelijk kan spekken. Door te herhalen wat een klant bestelt. Dus als ik zeg "één cappuccino", wat ik vaak zeg, moet ik snel een echo horen......"dus u wilt één cappuccino". Volgens een publicatie in de krant gaat een klant dan extra waarderen dat hij of zij het gevoel krijgt, dat er goed geluisterd is. En dat geeft een goed gevoel. En als dan ook nog de verdere ambiance goed is en het product, dan ga je met fooi strooien.

Gisteren, op het terras bij het Eden hotel in Zutphen was de ambiance goed. De dweilorkesten waren daar zelfs niet te horen! Er zaten méér vluchters voor vrolijke valse noten. Er viel veel te zien op dat terras. Onder andere dat de bediening de benen onder de kont uit liep. Op één of andere manier werd niet om de haverklap aan mij gevraagd, wat ik wilde drinken. Looplijnen? Verdeelde tafeltjes? De bitterballen zagen er verleidelijk uit. Maar niet goed voor mij, dus nu niet.

Ik moest daar denken aan Piet Vroon. Hij was in de vorige eeuw hoogleraar psychologie in Utrecht. En columnist in de Volkskrant. En een ongelikte beer. Een soort Jan Mulder. Motorgek. Cynisch en onderkoeld. Maar ook erudiet.

Piet Vroon kon zich opwinden over het niet benutten van keiharde wetenschappelijke feiten. Een voorbeeld: de gezondheidszorg kan miljoenen besparen, door tijdens chirurgische ingrepen een koptelefoon met optimistische teksten op te zetten. Een chirurg die op band zegt dat het goed gaat met de operatie. Heel anders dan de spontane teksten die doorgaans gebezigd worden. Ik heb ooit één ooroperatie mee moeten maken (een otosclerose operatie: het losbeitelen van een vastgegroeide stapesvoetplaat in de gehoorbeenketen) en daar verhaalde de KNO-arts over zijn bibberende handen en als hij nu eens uit zou schieten. Toen vroeg me af, of de patiënt, onder zeil, daar iets van mee zou krijgen. Volgens Piet Vroon wel:totale verdoving is niet bewusteloos. Dat was zijn stellingname. Was verklaarbaar vanuit de neuropsychologie. De stelling van Vroon was: als je dan toch wat mee zou krijgen, dan liever positiviteit. Dit onderzoek was makkelijk dubbelblind uit te voeren. Soms wel en soms geen koptelefoon. Willekeurig. En dan geen gegevens verzinnen! Dat onderzoek was gedaan en wat bleek: bij positieve berichten tijdens de operatieve ingreep was het aantal ligdagen achteraf significant minder. Tel uit je winst. Tenminste.....als het resultaat werd gebruikt op de OK.
Zo zijn er waarschijnlijk veel zinloze onderzoeksresultaten want veel ongebruikte uitkomsten.

Ooit zat ik bij een teamtraining te luisteren naar een marketeer die onderzoek had laten uitvoeren door een extern bureau. Had klauwen vol met geld gekost, terwijl de resultaten een bevestiging waren van gezond verstand. Waarom doen we dan onderzoek? Voor de zekerheid? Welke zekerheid?
Voor de vorm?

Op het prettige terras dacht ik, dat de aandacht voor VORM wel heel erg domineert. Bij mij verandert er wat. Een innerlijke verschuiving. Ik wist al van het bestaan van ZIEL en van VORM. Maar nu heeft een Nederlandse auteur, Lenne Gieles, me ook taal gegeven voor ‘iets'. Zij noemt het OORSPRONG. Ik sinds een week ook. Door de volledigheid van deze drie-eenheid praat ik iets gemakkelijker over mystieke zaken.
En tegelijkertijd overweeg ik, of ik mijn tips over tips zal vertellen aan de medewerkers van het terras. Ze zijn nu te druk. Ik geef ze deze column.

Bij de serie ‘geen probleem', VPRO 2011

Het veel gehoorde ‘grappig' is net als ‘hoe is het?' en net als ‘geen probleem' een cliché-uiting die past bij ‘geen verbinding'. Quasi-interesse. Of een entree zoeken. Een uiting van pseudo-community. Er lijkt verbinding, maar het is er niet.
De 6-delige VPRO-serie ‘geen probleem' met komedianten Theo Maassen, Wim Helsen en met de mij onbekende Stefaan van Brabandt is een schoolvoorbeeld van een pseudocommunity. Wat willen de mannen graag verbondenheid! En wat kunnen ze dat NIET bereiken. Intussen veinzen ze verbondenheid, totdat er een breekijzer komt. Smullen voor aanstaande CB-facilitators. Kijken! Genieten! Lachen! Verwonderen! Leren!

Er is niks mis met een pseudocommunity. Er worden intellectualiteiten en eventualiteiten uitgewisseld, het is ‘gezellig', motiverend, er is saamhorigheid2 mogelijk, soms worden er bergen werk verzet. Er is geen verbinding. De tijd wordt eigenlijk gedood. De tijd wordt niet levendig gemaakt, maar gedood. Het is relatief veilig. Want er zijn onafgesproken afspraken. Confrontatie wordt vermeden. Uniformiteit viert hoogtij. Er is de schijn van overeenstemming . Want ja, als er verschillen zijn, wordt het moeilijk. En wat er dan gebeurt, is ongewis. Om de tijd te vitaliseren zijn nieuwe stappen nodig. Kunstenaars doen dat van nature. Het onbekende in stappen. De meeste mensen doen dat niet. Oude codes zijn hardnekkig. Het niet weten beangstigt. En toch:

De veiligste plek voor een boot is de haven,
maar daar is zij niet voor gemaakt

 

Het wordt in de serie ‘geen probleem' pas problematisch als de vrienden hun verbinding (die er niet écht is) gaan ophemelen en koesteren. En als er iemand in de ‘societé close' wil. Op voorspraak van één van de drie vrienden. Dan breekt de hel los. Het wordt dan pas echt chaotisch. De vrienden sluiten de rijen. Ze voelen aan dat de vierde man de (pseudo-) community bedreigt. Maar de nieuwe vriend gooit voor zijn aftocht boos en teleurgesteld nog even fijntjes de beerput open.. Dat wat achter maskers bleef, wordt door hem in het midden gesmeten. De onderlinge oordelen zijn niet voor de poes. In termen van CB: het leeg maken is begonnen, maar niet moedig in het midden, door WIJ maar door HEM. Pijnlijk.
Ik weet niet hoe het afloopt. De laatste aflevering moet nog komen. Maar in de voorlaatste aflevering hangen ze alle drie aan de balustrade van de vierde verdieping van de flat van Coentje. De dood van de pseudocommunity. De dood van het plastic ‘wij'. Terwijl het nieuwe w!j3 voor het grijpen lag. Dode tijd? Vitale tijd? Hoe? Ja!

www.inmenssamenspel.nl

BB

Dat was ooit een magische afkorting. Zeker voor puberende jongens in mijn tijd.
Totdat ik van mijn moeder(?) een poster kreeg van Raquel Welch, een welgeschapen dame met een parmantig decolleté. Geen bloot. Waarom gaf mijn preutse moeder dat? Toch eens vragen, want mijn moeder is pas 84 en is nog bij de pinken. Maar toen was ik dus in de ban van Raquel Welsh. Nou was dat ruim voor het internettijdperk, dus informatie over BB en over RW was voor mij niet zo toegankelijk. Totdat ik RW zag schitteren bij mijn eerst verblijf in Manhattan, New York. Op doorreis naar Roanoke, Virginia, voor een stage vanwege een innovatieve stottertherapie, deed ik een paar dagen NY. En dus struinde ik op Broadway musicals af. En kocht ik een kaartje voor ‘woman of the year’. En wie had daar de hoofdrol, zo bleek? Raquel Welch. Ze stelde mij niet teleur. Ik vond haar mooi en vooral heel goed lichtvoetig acteren. Ik keek mijn ogen uit op Broadway. En de poster op mijn kamer? Die was inmiddels verdwenen en er hing zeker geen BB voor in de plaats. Ik vond haar niet mooi. Te donkere mascara.

Maar de BB van nu? Bladblazers! Bladblazers? Ook sexy, want het zijn vooral mannen die ze hebben. Gisteren, op een Achterhoeks fietstochtje, waren stoere mannen overal bezig blad weg te blazen. Van hun straatje. Van hun gazon. Wat bezielt ze? Waarom?

Ik kan me een paar redenen voorstellen: het gazonnetje moet een strak gazonnetje zijn, zonder klaver of andere ongerechtigheden. Blaadjes zouden oneffenheden kunnen brengen, dus bb. Maar het kan ook zijn, dat mensen banger worden: stel dat iemand uitglijdt over nat blad, dan heb je zó een claim aan je broek. Er is tegenwoordig altijd wel een advocaat, die dat voor je wil uitzoeken. En dan ga je preventief BB’en.
Maar het meest aannemelijk is…..omdat het er is, ga je het willen hebben. Dat is jaren onze cultuur geweest. Materialisme. Maar dat is niet meer vol te houden. Denk ik.

Laat de blaadjes voor wat ze zijn. Denken in een kringloop. Knop-lichtgroen blad-donkergroen blad-vrucht-bruin-dood-dwarrel-rot weg. Scheelt BB. En dus scheelt het aanmerkelijk in herrie. Natuurlijk, echt, authentiek, puur…..

BB en RW hadden ook geen implantaten..

Een treinvertraging heeft ook zo zijn charme. Er viel onderweg veel te ervaren. Een vroege internationale treinvanRoosendaal naar Antwerpen reed ‘doodleuk’ niet. Ik bleef rustig op zoek naar een alternatief. Ik verwonderde me over mezelf. Ik gaf me over, terwijl ik het belangrijk vond om ‘op tijd’ te komen. ‘Op tijd’ is ook maar een verzinselvande geest. Wel een dominant verzinsel, zeker hier in het Angelsaksische westen. Voor het eerstvanmijn leven ging ik ‘solliciteren’, hoewel het veel leek op een gesprek met Ale, HR managervanUnilever Research. Toen wilde ik zeker op tijd zijn en nu weer. Zodat Ale in Vlaardingen en Geert in Gent zouden weten dat ik een manvande klok ben. Envanafspraak=afspraak. Envan‘hoe is ja’. Maar ja, mijn cirkelvaninvloed is begrensd. Auto of trein maakt op reis niet veel uit.  Ik ging dus niet op tilt. Ik wilde toch ervaren hoe het was om op één dag op en neer te gaanvanuit Zutphen? Ik bleef ook kalm toen twee employésvande Nederlandse Spoorwegen indirect aangaven dat ze me niet konden/wilden helpen met mijn vragen . Ik ging ook niet op tilt toen de Vlaamse conductricevande stoptrein niet bereid leek om iets wat ik niet verstond of niet begreep, te herhalen of verduidelijken. Blijkbaar schrok ze zelfvanhaar korte lontje, want ze kwam voor vertrek nog een keer de coupé in om te vragen of ze mevandienst kon zijn. Ik zei wrokkigvanniet, terwijl informatie welkom was. Even later, ongeveer bij station Antwerpen-Luchtbal lag er een attent briefjevande conductrice. Op mijn stoel. Luchtbal?? Ja, zo heet een station waar ik normaal langs raas. Dat noem je toch niet zo?? Wel dus.  Het korte lontje had met de hand geschreven, hoe laat ik in Gent zou aankomen. Blijkbaar was mijn vraag logisch en ook wel duidelijk aangekomen. Maar ik was gekwetst. Wrokkig. Verdrietig ook. Dat voelde ik. Ik kon ook verwonderd blijven, positief, warm. Maar er was óók gekwetstheid. En mijn dominante maniervandoen is dan koppig. Zoietsvan‘hoeft al niet meer’. Ken ikvanvroeger. Soms was ik zo boos, dat ik  besloot om een paar dagen niets te zeggen. Wrok. Natuurlijk werkte dat in mijn eigen nadeel. Vooral omdat mijn ouders later zeiden dat ze dat nooit gemerkt hadden. Ik denk dat ik zó op de buitenwereld gericht was, dat een  wrokkig zwijgen eerder een gezonde balans was dan een wraakoefening. En wraakoefeningen slagen nooit. Denk ik.

Ik was op tijd, dankzij een lieve Vlaming. Ik wel! De sollicitatiecommissie niet. Maar dat terzijde. Ik was ‘opgeruimd’. Mezelf. Authentiek. Binnenkant=buitenkant. Ik hoop dat ze mijn kwaliteiten kunnen gebruiken. Dat is niet aan mij. Dat is aan de kosmos en aan de vertegenwoordigersvandie kosmos. In Gent. Hopelijk is er weinig kosmische ruis.

Adriaan
27 november 2011

Mijn waarheid

"liever een krakkemikkige creatie dan een perfecte kopie".

Ik hoorde hem mij vragen: “Ben ik nou te kritisch?”. Dat vraag ik me toch meestal af? Daar zaten we. Een beetje lacherig. Een vreemde verwondering. “Is dit het nou?”.

Ik had haar in de middag gevraagd om even te overleggen over professionele communicatie. Het was zulk mooi weer, dat we op een terras belandden. De zon stond nog zó laag, dat het dringen was. Uiteindelijk vonden we een spleetje voorjaarszon. En daar was hij ook . En nog meer leuke mannengezichten. En hij suggereerde mij die avond naar een ondernemersbijeenkomst te komen, Camion. Ging over ‘schitterende mislukkingen’….. Inspirerend thema. Moet denken aan een advocaat-vriend: “De helft van mijn confrères liegt, want iedereen wint altijd elke zaak”….

Ik denk dat hij verbaasd was, mij te zien bij ‘Het Dagelijks Bestaan’. Met een beetje doorkoken lukte het om van het terras in de zaal te schuiven. Na mijn hersenbloedingen heb ik mezelf beloofd nooit meer te haasten. Dat lukt aardig, ook al lijkt de haast zich te verplaatsen. Dat ben ik me door de opleiding Essentie-coaching bewust geworden. Van ‘impuls’ naar ‘vorm’ duurt mij vaak veel te lang. Daar zit mijn haast. Dus onthaast ik verder.

Kinderspel bij Camion. Ik kan het niet anders zeggen. Televisietje spelen. Ondernemende ideeën voor een drakerige jury. Ik speelde vroeger ‘wie van de drietje’. Een televisiespelletje nadoen. Ik deed ook de tv-indiaan Klukkluk goed na: “O, Pipo, mij zijn van de geldloze”. Dat deden de ondernemers verzameld op een creatieve plek ook. Dit was een slecht rollenspel. Nou spelen we de hele dag rollen, maar een rol die een rol speelt, dan wordt het wel heel ‘leeg’.

Er waren drie presentaties over mislukkingen. Dat is voor ons ego een moeilijk onderwerp. Ik heb ooit een heel goede presentatie gehouden over een mislukte stottertherapie. Dat werd me naderhand door één collega verweten. Die vond het heel dubbel: een bijna té goed verhaal over iets wat mis gegaan was. Het ego staat het etaleren van een mislukking nauwelijks toe.

Bij de drie presentaties werden de mislukkingen versluierd. Logisch. Maar het panel (af en toe ‘dragons’ genoemd door de strenge presentatrice, die in mijn ogen geen zaalinbreng duldde) bleek tandeloos en te positief. Terwijl vakliteratuur zegt, dat directe waarheid goud is.
Mijn naakte waarheid was dat het onduidelijke verhalen waren. Dat ik niet kon vergelijken. En dat de reflectiepoging van een Camion-bestuurder een moedige poging was. Zijn stem had wel een verdiepend effect, maar zijn woorden weer niet. En dat ik geen stemvee wilde zijn. Dat de keuze van ‘wie van de drie’, eerder de basis had van kwetsbaarheid, moed en authenticiteit dan op de schittering van de mislukking. Nederlanders voelen eerder sympathie voor kwetsbaarheid en puurheid, dan voor (verpakte) kracht. Dat pleit voor ons. Bij presentaties van juridisch ondernemer Bram M. voelen we aan ons water dat er iets niet klopt. Wij zijn uiteindelijk voelende wezens . Gelukkig maar.

Het voelde in de Camion te onveilig om mijn bijdrage te leveren. Werd ook niet gevraagd. Zoeken naar eigentijdse vormen van W!J. Ik moet zichtbaarder durven zijn. Maar ik ben zo gevoelig voor afstand en afwijzing. Wat zou het mooi geweest zijn, als ik wat had kunnen vertellen over Otto Scharmer. Wat houdt me tegen? Een heleboel onzin. Mijn hoofd. Ik moet denken aan Mandela: we bewijzen de wereld geen dienst door ons klein te houden. Jaja.

Adriaan Bertens
www.inmenssamenspel.nl

Laat ik beginnen met dit schrijfsel een Blog te noemen en geen ‘ column’. En dan maar hopen dat iemand me helpt om te bloggen. Geen idee hoe dat werkt, maar mensen kunnen dan lezen wat ik schrijf. Mijn BLOGS volgen. Of mij volgen. Twitteren. Het antwoord op HOE is ja.
Laat ik ook snel aangeven dat ik 57 ben, géén excuus, wel een verklaring:“Nee, meneer, verbinding maken met computers van uw collega’s in Amerika, nee dat kan niet. Hoe heet dat zegt u, internet?” Dat was destijds de reactie van de klantenservice.
Een paar jaar geleden kreeg ik complimenten van dochter Anne. Omdat ik haar als nieuwbakken student SMS’te. Dat was blijkbaar heel wat. Want de meeste ouders van haar medestudenten konden dat niet. Ik voelde me een hele Piet.

Kees van Kooten (vader van Kim) schreef vroeger veel geinige stukjes. Eén staat me bij: ‘halfbruik’. Over het fenomeen dat hij veel apparatuur maar half kende. Omdat hij de gebruiksaanwijzing niet begreep of simpelweg omdat hij te weinig onthield of die veelheid niet nodig leek te hebben. Hij gebruikte hooguit 50% van de mogelijkheden.
Nou….de tijden zijn veranderd: ik kan hooguit 1% gebruiken. Soms heb ik daar een slap excuus voor, meestal niet. Zo stoei ik voortdurend met mijn smartphone. De Nokia Lumia was een jaar geleden zó nieuw, dat de verkoper me niet kon helpen. Nieuwe wijze van besturing. Ik werd verwezen naar een website voor de gebruiksaanwijzing. Daar verdwaalde ik. En dus gebruikte ik ongeveer een jaar de fabrieksinstelling 0000. Geen ramp, wél fossiel.

Iemand stimuleerde mij om ‘het meisje van de slijterij’ te lezen. Om als fossiel sociaal te gaan bewegen. Heb ik opgevolgd. Lezenswaard. Vanaf toen besloot ik de camera op mijn Lumia te gaan gebruiken. Ik lijk een drempel over. Hele Piet. Dacht ik.
Totdat ik het boek Society 3.0 kocht en las, van Ronald van den Hoff. Tóch fossiel. Op zijn pagina 433 staat een foto van zijn site www.seats2meet.com met op pagina 432, 433 en deels op 434 een beschrijving van de informatie op die site. Een passage uit zijn boek:
Social Media Accounts- bij de contactbuttons van de locatie worden ook social media-buttons toegevoegd (tweet us etc..), evenals share-buttons voor 20+sociale netwerken.
Dan volgen in tekst elf genummerde aanwijzingen. Ze verwijzen naar de foto van de site. Voor mij een onbegrijpelijke gebruiksaanwijzing.

Wat Ronald van den Hoff in zijn 455 pagina’s schrijft, is overweldigend. Een Tzunami van veranderingen komt onzichtbaar op ons af. Onafwendbaar. Hele Pieten en fossielen gaan gewild of ongewild mee. En….van den Hoff is geen trendwatcher, hij is trendsetter. Bedrijfsman nieuwe stijl. Ik ben in Utrecht zijn nieuwigheden gaan beleven. Nieuwsgierig geworden naar het nieuwe ont-moeten. Weldadig. Hartelijkheid en vrijgevigheid troef. En digitalisering natuurlijk. Waardenuitwisseling, daar gaat het hen om. Een zichtbare paradigmashift. Ik zie wel elementen uit de oude orde, maar goed! Logisch!

Helemaal in het begin én helemaal aan het eind van Society 3.0 refereert hij aan Arnold Cornelis, hedendaags filosoof. Helaas is deze hoogleraar in Leuven te vroeg overleden. Hij werd nèt bekend en gevierd. Oók omdat hij een entertainer was. Zijn boek ‘de logica van het gevoel’ bevat een onderbouwing van de tijd die volgens Cornelis, hoogleraar in Leuven, aanstaande was: de tijd van de communicatief zelfsturende mens. Ronald van den Hoff bouwt daarop voort, op die logica van het gevoel. En op die zelfsturing.
Staatsgevaarlijke éénpitters die elkaar weten te vinden. Voor samenbeleving. Cocreatie. Voor het waardevol samen werken. Staatsgevaarlijk, omdat de Quango’s omzeild kunnen worden. Moeten worden ook. Want Quango’s zijn officiële energielekken. Daar gaat veel geld in om.
Een Quango is een quasiNGO…..een niet gouvernementele organisatie die belangrijk doet en met macht en geld schermt. Waterschappen, woningcorporaties, BUMA-STEMRA
Een eigen voorbeeld:

Na een succesvolle masterclass over stotteren en stottertherapie in Gent, ga ik dat herhalen in maart dit jaar in Rotterdam. De organisator tipte mij: via een ‘organisatie’ kan ik vrijstelling van BTW-afdracht krijgen. Ik kreeg een website referentie. Mooie, strakke site. Wat ben ik aan het doen als ik me in dat quango-oerwoud begeef? Ga ik niet doen. Nee. Ik kies voor zelfsturing en niet voor strijkstokken. DIE MOETEN WEG.

Als het boek Society 3.0 me iets heeft geleerd, is het wel dat ik als wereldmens de keuze heb om én én te zijn: beetje Piet en beetje fossiel. Ik heb de macht, de keuze, om te kiezen voor een ‘disruptive bypass’.

Ik heb een jaar of twintig geleden een inleidende opleiding in de haptonomie genoten.
Daar profiteer ik nog dagelijks van.
Het haptonomisch appèl aan de bevrijde mens was toen: pas je niet meer aan, pas je in.
Dat is wat mij betreft aan herziening toe, want
Waar pas je je in?
In de chaos?
In de transitie?
In de turbulentie?
In de impliciete orde?

Het nieuwe appèl zou mogen zijn:

Sluit niet uit, sluit je aan.
Sluit aan op je logische gevoel
En op de andere ander

Adriaan Bertens

1